Zomerbloeiers snoeien

Categorie: Snoeien

Alle twijgen en takken kunnen in maart/april worden ingesnoeid. Elke scheut die in het voorjaar en voorzomer gevormd wordt, kan bloeien. De struiken bloeien dus op het “jonge hout”. Zo kunnen de twijgen van de vlinderstruik, Buddleja davidii, heel diep ingesnoeid worden. Hertshooi, Hypericum; spierstruik, Spiraea bumalda; en ganzerik, Potentilla zijn voorbeelden van struiken die in maart tot 10cm boven de grond worden afgeknipt.

Bij de pluimhortensia, Hydrangea paniculata, snoeien we de dikke takken diep in en worden dunne takken in het geheel verwijderd.

Perkrozen en Theehybriden moeten altijd gesnoeid worden boven laaggeplaatst oog dat naar de buitenkant van de struik is gericht. Wanneer er 3 tot 5 stevige ingesnoeide twijgen blijven staan, is dit voldoende.

Wilde scheuten en twijgen moeten zo diep mogelijk in de grond (liefst trekkend) worden weggenomen. Een uitzondering vormt de volgende heester. Van de Hydrangea macrophylla, de hortensia met de bolle, steriele bloeiwijze, wordt ieder voorjaar eenderde van de oudste takken diep weggesnoeid. Van de overgebleven takken worden de uitgebloeide bloemen laat in het voorjaar vlak boven een scherp knoppenpaar verwijderd. Deze uitgebloeide bloemen laat u zo lang aan de struik staan om de jonge scheuten te beschermen tegen vorst.

Vijver

Zwembad