Water in de tuin

Categorie: Vijver

Waarom zijn mensen zo geboeid door water? Water komt uit de kraan, valt uit de lucht. Vult sloten, vaarten, plassen. Overal is al water in ons kikkerlandje en toch willen mensen ook graag een watertje in hun eigen tuin. In de vorm van een vijver(tje), in een teil, een tobbe of groots aangepakt, – in een poel.

Water boeit, – het verandert telkens van sfeer door het veranderende licht en het is vol van leven. Onder water, maar ook erboven. En er groeien planten in, die je niet in je borders zult aantreffen. Soms vreemde planten, die uit de oertijd van de aarde lijken te komen. Tot op zekere hoogte is dat soms ook het geval. Neem holpijp en heermoes. Planten, die sinds het begin der tijden hun weg weten te vinden door moerassig gebied en zich sinds miljoenen jaren staande weten te houden in een veranderende wereld en in veranderend klimaat. Het zijn woeste groeiers, zeg maar gerust woekeraars, maar ze hebben duidelijk een functie in een moerassig biotoop. Maken de aarde los in minerale gronden zodat er lucht in kan komen, waardoor ook ‘landplanten’ een kans krijgen. Weliswaar landplanten, die goed tegen nattigheid kunnen en zich thuis voelen in een drassige omgeving. Denk aan kattenstaart, hangende zegge, koekoeksbloem, lenteklokje, pinksterbloem en ga zo maar door.

Maar er zijn onnoemelijk veel planten, die ook zonder deze pioniers uit de oertijd geweldig goed gedijen in een natte omgeving. Allerlei rietsoorten (niet aan te raden voor kleine of middelgrote vijvers vanwege hun expansiedrift), zwanebloem, tig soorten irissen, kalmoes en noem maar op. En dan hebben we het nog maar over de moerasbewoners, die enigszins vaste grond onder de natte voeten willen hebben.

In het water of vlak langs de oever voelen ook heel veel bijzondere planten zich thuis. Waterlelie’s, die de hele zomer lang overmoeibaar bloeien bij voldoende voedselaanbod, gele plomp, grote egelkop, wolgras, gele lis en andere irissen, die graag diep in het water staan, waterdrieblad met z’n geweldig mooie orchidee-achtige bloemen, – en zo zijn er nog heel wat meer. Sommigen gedragen zich netjes en blijven op hun toebedachte plek, anderen woekeren erop los en dan is het een hele toer, om ze in toom te houden. Met name de grote egelkop is bij gunstige condities een ellendige woekeraar, die binnen een seizoen meerdere vierkante meters kan veroveren vanuit een enkel groeipunt.

Dan is er natuurlijk nog de rietsigaar, – prachtig, om te zien, maar uitsluitend toe te passen in grote natuurlijke vijvers, omdat hij enorm gaat woekeren en vijverfolie met gemak doorboort. Gevangen gezet in een grote vijvermand gaat het misschien een tijdje lang goed. Maar dan zullen er geen of weinig ‘sigaren’ verschijnen en in de meeste gevallen weten de pijlvormige wortelstokken op een onbewaakt ogenblik toch te ontsnappen. En dan is de ellende niet te overzien. Er zijn nog zoveel andere moeras- en oeverbewoners, die de moeite waard zijn en een plekje langs de vijver verdienen. Ik noemde hier slechts de meest bekenden.

Ook onder water speelt zich een weelde van jewelste af. Zogenaamde ‘zuurstofplanten’ als waterpest, gedoornd hoornblad, glanzend fonteinkruid, – het zijn er maar een paar van al degenen, die de onderwaterwereld kunnen en dienen te bevolken. Zij zijn het, die de voor andere planten en veel onderwaterdieren zo belangrijke zuurstof afgeven, waardoor deze kunnen gedijen en hun bijdrage gaan leveren aan een daardoor zichzelf in stand houdend biotoop.

In dit biotoop wederom gedijen allerlei andere dieren, – van tig soorten insecten tot aan kikkers, padden, salamanders en, – aan het hoofd van deze voedselketen, – de watervogels. Maar ook bruine ratten en bisamratten pikken graag een graantje mee van deze overvloed.

Onder de watervogels is de blauwe reiger het meest bekend en berucht. Hij is het, die de vissen uit de vijver pikt. Maar soms wil ook een ijsvogeltje de boosdoener zijn, al zal dat niet zo gauw gebeuren, – gewoonweg, omdat er (te) weinig van zijn. Hier bij mij, bij de poel, is de ijsvogel sinds enige tijd een graag geziene gast, die zo nu en dan een visje pikt vanuit zijn uitkijkpost in de grote knotwilg. Wat een prachtig gekleurd vogeltje!

Vijver

Zwembad